Suggestopedia
Een tijdje geleden hoorde ik voor het eerst over de methode "Suggestopedia". Ik had hierover nog nooit eerder gehoord en dus was mijn interesse meteen gewekt. Her en der navraag doen leverde niets op. Ook op internet vond ik aanvankelijk niet zo veel, maar de aanhouder wint! Uiteindelijk kwam ik bij een paar filmpjes van Lonny Gold terecht en kon ik mij min of meer een beeld vormen over de methode. Dit is - in een notendop - de informatie (of althans mijn interpretatie ervan) over suggestopedia:
De methode werd oorspronkelijk in de jaren '70 ontwikkeld door de Bulgaarse psycholoog Georgi Lozanov.
De aanpak is gebaseerd op de kracht van de suggestie. Volgens Lozanov stimuleert positieve suggestie het leren. Een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen tussen de leerkracht en de studenten zijn daarnaast onontbeerlijk. Je komt immers pas echt tot leren wanneer je volledig ontspannen bent en je je veilig voelt.
De oorspronkelijke vorm van suggestopedia bestond uit het - onder begeleiding van klassieke muziek - voorlezen van (soms ellenlange) teksten. Deze teksten waren voorzien van woordenlijsten en opmerkingen over grammaticale punten.
Niet alleen muziek stond centraal in de aanpak van Lozanov. Ook het leslokaal was belangrijk.
De cursisten zaten tijdens de les in comfortabele zetels die in een halve cirkel stonden. Kortom, het moest gezellig zijn. Het "klassieke leslokaal" was bij deze methode uit den boze!
De methode is een beetje op de achtergrond geraakt. Er kwamen immers heel veel bedenkingen bij de aanpak van Lozanov.
Sommigen vonden zijn visie briljant, voor anderen waren zijn inzichten ronduit belachelijk.
Persoonlijk zou ik suggestopedia zeker niet als methode op zich gebruiken. Maar een aantal elementen vind ik wel interessant. Zo geeft hij elke cursist "een andere persoonlijkheid" met een specifiek beroep, woonplaats én een Engelse naam. Dit doet hij niet zomaar.
Ik geef even een concreet voorbeeld (vertaald naar Vlaanderen) van hoe dit zou kunnen gebeuren:
- Amina uit Marokko wordt Els uit Antwerpen. Zij werkt als secretaresse in een ziekenhuis.
- Shirzad uit Afghanistan wordt Stijn uit Brussel en hij is loodgieter.
- Melba uit de Dominicaanse Republiek wordt Trui uit Gent en zij is lerares.
- Mahmoud uit Syrië wordt Tim uit Brugge en hij werkt in een restaurant.
- Piotr uit Polen wordt Daan uit Leuven en hij werkt in een supermarkt.
- Fatima uit Turkije wordt Stien uit Brussel en zij is verpleegster.
- ...
De namen kiest hij in functie van "moeilijke klanken". Zo geraken de cursisten geleidelijk aan gewoon aan deze klanken. Bij het woord "kriek" kan je dan verwijzen naar de ie van Stien. De cursisten kennen elkaars naam, zien aanvankelijk de naam ook voortdurend op de naamkaartjes en op die manier worden ze de klanken voortdurend gekoppeld aan het juiste "klankbeeld". Zeker in groepen waarin de cursisten gealfabetiseerd zijn en er minder aandacht naar het technisch lezen en schrijven gaat, lijkt me dit wel een interessante aanpak.
(in een groep Alfa NT2 kan je steeds verwijzen naar de referentiewoorden waarin de klanken voor het eerst worden aangebracht (de 'a' van lat, de 'aa' van raam), maar dit kan je niet in een groep gealfabetiseerde cursisten waarin er niet (of toch een stuk minder) met referentiewoorden gewerkt wordt.
Elke cursist krijgt een andere woonplaats die om de beurt 'in the picture' wordt gezet. Op die manier leren de cursisten hun nieuwe land beter kennen. Bij hoger geschoolde groepen kan je aan cursisten de opdracht geven om zelf zoveel mogelijk informatie te zoeken over hun woonplaats en die naar voor te brengen. Ik las ergens dat hij daarbij ook zelfs de streekgerechten laat proeven, wat de cursisten meestal wel weten te appreciëren. Voor Lozanov is de ontspannen sfeer en het veilige gevoel dat je creëert in je lessen dermate belangrijk dat hij daar heel ver in gaat. Je "nieuwe thuisland" op een aangename manier leren kennen, hoort daar dus zeker bij.
Het beroep heeft dan weer te maken met de contexten waarin cursisten Nederlands leren. Bij een rollenspel in de supermarkt zal Piotr een grotere rol krijgen dan de andere cursisten. Wanneer je oefent op een afspraak maken bij de dokter, zal Amina meer aan het woord zijn. Op die manier worden alle cursisten gestimuleerd om actief mee te doen en zich helemaal in te leven in de contexten die aangeboden worden.
Voor een aantal cursisten zal deze aanpak dan weer helemaal niet werken. Ik denk daarbij aan cursisten met een eerder laag leervermogen die moeite hebben met abstract denken en zich weinig of niet kunnen inleven in een andere situatie.
In de filmpjes hieronder zie je Lonny Gold aan het werk en kom je meer te weten over suggestopedia. De filmpjes zien er "gedateerd" uit, maar ik vind ze toch de moeite om ze eens te bekijken, al was het maar om inspiratie op te doen.
De methode werd oorspronkelijk in de jaren '70 ontwikkeld door de Bulgaarse psycholoog Georgi Lozanov.
De aanpak is gebaseerd op de kracht van de suggestie. Volgens Lozanov stimuleert positieve suggestie het leren. Een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen tussen de leerkracht en de studenten zijn daarnaast onontbeerlijk. Je komt immers pas echt tot leren wanneer je volledig ontspannen bent en je je veilig voelt.
De oorspronkelijke vorm van suggestopedia bestond uit het - onder begeleiding van klassieke muziek - voorlezen van (soms ellenlange) teksten. Deze teksten waren voorzien van woordenlijsten en opmerkingen over grammaticale punten.
Niet alleen muziek stond centraal in de aanpak van Lozanov. Ook het leslokaal was belangrijk.
De cursisten zaten tijdens de les in comfortabele zetels die in een halve cirkel stonden. Kortom, het moest gezellig zijn. Het "klassieke leslokaal" was bij deze methode uit den boze!
De methode is een beetje op de achtergrond geraakt. Er kwamen immers heel veel bedenkingen bij de aanpak van Lozanov.
Sommigen vonden zijn visie briljant, voor anderen waren zijn inzichten ronduit belachelijk.
Persoonlijk zou ik suggestopedia zeker niet als methode op zich gebruiken. Maar een aantal elementen vind ik wel interessant. Zo geeft hij elke cursist "een andere persoonlijkheid" met een specifiek beroep, woonplaats én een Engelse naam. Dit doet hij niet zomaar.
Ik geef even een concreet voorbeeld (vertaald naar Vlaanderen) van hoe dit zou kunnen gebeuren:
- Amina uit Marokko wordt Els uit Antwerpen. Zij werkt als secretaresse in een ziekenhuis.
- Shirzad uit Afghanistan wordt Stijn uit Brussel en hij is loodgieter.
- Melba uit de Dominicaanse Republiek wordt Trui uit Gent en zij is lerares.
- Mahmoud uit Syrië wordt Tim uit Brugge en hij werkt in een restaurant.
- Piotr uit Polen wordt Daan uit Leuven en hij werkt in een supermarkt.
- Fatima uit Turkije wordt Stien uit Brussel en zij is verpleegster.
- ...
De namen kiest hij in functie van "moeilijke klanken". Zo geraken de cursisten geleidelijk aan gewoon aan deze klanken. Bij het woord "kriek" kan je dan verwijzen naar de ie van Stien. De cursisten kennen elkaars naam, zien aanvankelijk de naam ook voortdurend op de naamkaartjes en op die manier worden ze de klanken voortdurend gekoppeld aan het juiste "klankbeeld". Zeker in groepen waarin de cursisten gealfabetiseerd zijn en er minder aandacht naar het technisch lezen en schrijven gaat, lijkt me dit wel een interessante aanpak.
(in een groep Alfa NT2 kan je steeds verwijzen naar de referentiewoorden waarin de klanken voor het eerst worden aangebracht (de 'a' van lat, de 'aa' van raam), maar dit kan je niet in een groep gealfabetiseerde cursisten waarin er niet (of toch een stuk minder) met referentiewoorden gewerkt wordt.
Elke cursist krijgt een andere woonplaats die om de beurt 'in the picture' wordt gezet. Op die manier leren de cursisten hun nieuwe land beter kennen. Bij hoger geschoolde groepen kan je aan cursisten de opdracht geven om zelf zoveel mogelijk informatie te zoeken over hun woonplaats en die naar voor te brengen. Ik las ergens dat hij daarbij ook zelfs de streekgerechten laat proeven, wat de cursisten meestal wel weten te appreciëren. Voor Lozanov is de ontspannen sfeer en het veilige gevoel dat je creëert in je lessen dermate belangrijk dat hij daar heel ver in gaat. Je "nieuwe thuisland" op een aangename manier leren kennen, hoort daar dus zeker bij.
Het beroep heeft dan weer te maken met de contexten waarin cursisten Nederlands leren. Bij een rollenspel in de supermarkt zal Piotr een grotere rol krijgen dan de andere cursisten. Wanneer je oefent op een afspraak maken bij de dokter, zal Amina meer aan het woord zijn. Op die manier worden alle cursisten gestimuleerd om actief mee te doen en zich helemaal in te leven in de contexten die aangeboden worden.
Voor een aantal cursisten zal deze aanpak dan weer helemaal niet werken. Ik denk daarbij aan cursisten met een eerder laag leervermogen die moeite hebben met abstract denken en zich weinig of niet kunnen inleven in een andere situatie.
In de filmpjes hieronder zie je Lonny Gold aan het werk en kom je meer te weten over suggestopedia. De filmpjes zien er "gedateerd" uit, maar ik vind ze toch de moeite om ze eens te bekijken, al was het maar om inspiratie op te doen.
|
|
|
|